Even kennismaken: Locustella luscinioides ofwel de Snor. Dit kleine zangvogeltje van dertien tot vijftien centimeter groot leeft voornamelijk in de rietvelden in moerasgebieden. Hij bouwt zijn opvallend grote nest vlak boven het water. De roodbruine onderstaartdekveren (mooi woord voor Galgje) en gedrongen bouw onderscheiden hem van verwanten als de Kleine Karekiet en de Sprinkhaanzanger. Je herkent de Snor aan zijn zang: enkele korte klikjes, gevolgd door een lang trillend geluid.
De snor staat op de rode lijst van bedreigde diersoorten, voornamelijk omdat het kunstmatig regelen van de grondwaterstanden veel broedgebied vernietigd heeft. Verdere problemen voor de snor: hij overwintert ten zuiden van de Sahara. Door verdroging wordt de afstand die hij moet afleggen om te overwinteren steeds groter. De traditionele vangst van zangvogeltjes in landen rond de Middellandse Zee hebben de populatie van de snor verder gedecimeerd.